StatisticsCounter Nieuws Gele ditjes, blauwe datjes archief

memoriam.jpg In memoriam : Willy Van Ranst.
Vrijdag ontving ik meerdere telefoontjes met het droevige nieuws dat Willy Van Ranst in alle stilte zelf had besloten afscheid te nemen van dit leven. Het feit dat ik door een aantal mensen werd gebeld, wijst er op dat Willy (Jan Wauters voor de vrienden en het waren er velen), een graag geziene figuur was in het verenigingsleven. Jan Wauters, want zo wilde hij graag genoemd worden naar het voorbeeld van zijn idool en dorpsgenoot, de vorig jaar overleden sportjournalist Jan Wauters, was een echt dorpsfiguur die door Jan en alleman werd geassocieerd met KSK Beveren. Waar of wanneer men Jan ergens tegen het lijf liep, altijd was hij getooid in de geel-blauwe kleuren van zijn KSK Beveren. Met pet, sjaal en trainer en zelfs een fiets in de kleuren van KSKB, liet hij er geen twijfel over bestaan welke de club van zijn hart was.

Jan dronk graag een pintje, zelfs meer dan één, maar hij kon het niet over zijn geel-blauw gekleurde hart krijgen ook maar een vlieg kwaad te doen. Ik herinner mij geen mensen uit het voetbalwereldje met wie we zoveel plezier hebben gemaakt dan met Jan Wauters. En ja, hij zwansde onophoudelijk, maar wees gerust, hij kende echt wel iets van voetbal hoor. Zijn analyses waren vaak messcherp en onderbouwd.

Jan Wauters, alleen al de woorden “uiteraard, maat, zeverijrke en nikswijter”, zullen onlosmakelijk met hem verbonden blijven en of ondergetekende of de burgemeester van Beveren voor hem stond, hij zou zijn taalgebruik niet hebben aangepast en uitgerekend die stijl maakte hem zo populair. Ik zou wel een komisch boekje over hem kunnen schrijven vol met waar gebeurde verhalen, maar de teleurstelling over de manier waarop Willy aan zijn einde is gekomen, maken lachen moeilijk momenteel. Laat ik er toch één anekdote uitpikken :

Zo’n 20 jaar geleden reden Ulrick, Jan en ikzelf mee naar Beveren met onze voorzitter Fred Van Ranst. Jan dronk niet enkel graag een pintje, hij kon ook een stukje eten. Na een thuiswedstrijd en het klassieke uurtje nakaarten in de toenmalige socioclub, zakten we af naar de auto. Alvorens in te stappen, kocht Jan aan de frituur in de Klapperstraat een plastic zak vol goudgele frietjes, een bak stoofvlees en enkele curryworsten. Geen idee van de prijs, maar het moet zeker voor meerdere honderden Belgische Franken zijn geweest. Een plaatselijke omleiding in het verlengde van de Lindenlaan, gooide echter roet in het eten. Onze chauffeur was even zijn oriëntatie kwijt waardoor we in een smal zandweggetje geraakten. De lichten van de grote baan kwamen onmiskenbaar dichterbij, maar het weggetje werd met de meter smaller en liep uiteindelijk dood. Met zijn plastic zak van de frituur op schoot en veel water in de mond, snakte Willy sakkerend naar al dat lekkers. Maar onze chauffeur stond eten in de wagen niet toe, want vrouwtje Angèle had ’s morgens nog de auto gepoetst en dat kon de Fred niet maken tegenover vrouwtje lief. Fred moest een kunststukje uithalen en proberen achteruit te rijden van waar we kwamen en dat beloofde een huzarenstukje te worden. Die gedachte maakte onze chauffeur toch wat angstig en licht geprikkeld. Dat werkte Jan enigszins op de zenuwen en zonder verpinken draaide hij op een godverlaten bosweg zijn raam open en gooide met de woorden “nè godverdomme, ‘k zal in Buirem wel andere halen” zijn culinair genot te grabbelen voor alles wat zich kon verplaatsen in een bos. Michel Vandenbosch is er hem nog dankbaar voor.

Willy was sinds een tijdje noodgedwongen moeten verhuizen naar de Allemanshofstraat te Bornem en daar had hij het lastig mee. De vier muren, de eenzaamheid en veel fysieke pijn, hadden van hem een ander mens gemaakt. Zijn vanzelfsprekend optimisme had geleidelijk plaats geruimd voor een stuk bitterheid. Vrijdagmorgen werd in alle kamers van het St.-Jozefziekenhuis in Bornem via de geluidsinstallatie omgeroepen dat de patiënt van kamer 8 zich dringend naar zijn kamer diende te begeven. Zelfs na de derde en laatste oproep bleef de deur van kamer 8 gesloten. Hij kon nooit ver weg zijn, want schoenen en kleren waren achtergebleven. Niemand wist dat Jan ondertussen was gaan aankloppen bij de grote poort van het hiernamaals. Jan was of zou er dit jaar 66 worden. Komende vrijdag 1 april (was het maar een grap), wordt om 10 uur in de hoofdkerk van Bornem op het Cardijnplein, afscheid van Willy Van Ranst genomen.

Jan, merci maat om zovele rotmatchen, owngoals, flaters en ander leed van ons ploegske, te hebben verzacht met weer eens zo’n onverwachtse slagzin waarbij iedereen in een lach schoot. Dat jij die zoveel mensen met een stomme opmerking aan het lachen kon brengen, bewust hebt gekozen om helemaal alleen en in alle stilte uit het leven te stappen, laat een wrange nasmaak achter. Rust in vrede Willy en geniet voortaan van de hereniging met je grote voorbeeld Jan Wauters. Dat moeten hemelse gesprekken worden, kan niet anders, maar opletten en toch niet te veel vloeken hé hierboven.

Patrick Van Wesemael.