* Koopziek.
Wie gisteren de Gele Ditjes, Blauwe Datjes van Rudy Beck nog niet heeft gelezen, moet dat zeker vandaag of de volgende dagen eens doen. Het kwam hem daar op neer dat de Genkse huurling Jacub Piotrowski in het 8ste jaar eerste klasse van Waasland-Beveren, liefst de 150ste speler was op wie de club in die periode een beroep deed. Dat waren uiteraard niet allemaal aangekochte spelers, want vaak zitten daar ook een aantal jonge gasten tussen wanneer bv. tijdens de voorbereiding volk wordt gezocht om het oefenkamp mee aan te vatten, in afwachting van bijkomende transfers die dan op hun beurt alle hoop in de kiem smoren bij die jonge kerels. Vooral de vergelijking die Rudy Beck maakte met SK Beveren was interessant, want dat had maar liefst 24 seizoenen eersteklasse nodig om in 1992 zijn 150ste speler tussen de lijnen te brengen en dat was de sympathieke Andy Janssens, jawel zoon van Gouden Schoen Jean. Nu is het voetbal in al die jaren uiteraard enorm geëvolueerd en we hebben geen cijfers van andere ploegen om mee te vergelijken, maar het kan bijna niet anders of Waasland-Beveren moet op dat vlak wel een koploper zijn en dan durf ik niet eens beginnen over het aantal aangeworven en afgedankte trainers. Wellicht kunnen hieruit meerdere concluzies worden getrokken, maar zou één daarvan zijn dat spelers aanwerven lang niet zo duur is als clubs vaak laten uitschijnen ? We hebben al langer de indruk dat Waasland-Beveren koopziek is en bewust kiest voor spelers achter wie een groot vraagteken kan worden geplaatst, maar als er van de 15 vraagtekens pakweg 2 of 3 zijn die dit leesteken op de Freethiel afwerpen en doorbreken, heeft deze politiek voldoende gerendeerd. Het is een zeer gedurfde manier van werken, want de spelers die het niet halen blijven vaak langdurig op de loonlijst staan in de hoop wie weet vroeg of laat nog een kans te krijgen. Ik blijf alvast onverminderd voorstander van maximum een speler of 4/5 per seizoen doelgericht aankopen (en daarmee bedoel ik zeker niet alleen dat ze de goal moeten weten staan), maar dat ze de zogenaamde opportuniteiten die zich voordoen, afwimpelen en spelers aantrekken vor plaatsen waar de nood groot is.