StatisticsCounter Nieuws Gele ditjes, blauwe datjes archief

Top 40 Fichebak oud-spelers SK Beveren

dekleppevanseppe.jpg DE KLEPPE VAN SEPPE.

Waar is de tijd..

Waar is de tijd. Waar is de tijd dat de Belgische competitie in de volksmond nog de 'Pintjesliga' heette, dat Tweede Klasse nog plezant was, en dat voetbal nog om voetbal draaide. Het afgelopen jaar, want zo lang is het ongeveer geleden sinds de stop van de competitie vorig seizoen, heeft van mij een nostalgisch iemand gemaakt. En da's gek, aangezien ik zelf nog maar 21 lentes jong ben. Maar toch die goede oude tijd, ik mis het al.


Het klinkt ietwat melancholisch, overdreven cliché misschien, maar het klopt in deze wel: vroeger was het beter. Op vlak van het Belgisch voetbal? Jazeker! Iets concreter, op vlak van beleving? Ja dat ook! En al zeker op vlak van onvoorspelbaarheid. Alhoewel, dat onze gezaghebber met name de Pro League, zo nu en dan ook al eens onvoorspelbaar uit de hoek durft te komen. Maar dan eerder in de slechte zin van het woord.

In de tijden waarin we nu leven, los van COVID trouwens, denk ik vaak terug aan pakweg 10 jaar geleden. Wat nu een business is geworden, was toen voor mij althans, nog gewoon een spelletje. Ik ging naar 't voetbal kijken om mijn helden te zien, om te genieten van een leuke pot, en om mensen die ik elders nooit tegen zou komen. Zonder dag in dag uit bezig te zijn met de club, niet omdat ik toen minder clubliefde in mij had, eerder omdat ik me toen geen zorgde hoefde te maken over alle randzaken die met onze fantastische club te maken hebben. Ik denk vaak terug aan de tijd waar we geen weet hadden van belangenvermenging, van corruptie of extreem gladde spelersmakelaars. Je kon je als supporter focussen op waar het in sé alleen maar om zou moeten draaien: het spelletje, en zorgen dat je er als supporter alles aan gedaan hebt om jouw ploeg de drie punten te bezorgen.

Ik denk met een lach op mijn gezicht terug aan onze tijd in Tweede Klasse.
Sportief gezien iets minder aan de periode van KSK Beveren in tweede, maar eens te meer aan de tijd als Waasland-Beveren zijnde. Je draaide mee bovenaan, was een voorbeeld voor vele reeksgenoten, en iedereen genoot van het voetbal. Wat er naast het veld gebeurde, dat speelde niet zo'n grote rol. Je wist dat je in goed uitgewerkte competitie zat. Met 17 tegenstanders, amateur-en profclubs door elkaar, met prachtige stadia à la den Bosuil, en gezellige soms zelfs bouwvallige taferelen à la Le Stade Robert Urbain te Boussu Dour. Alles door elkaar, dat bracht extreme uitslagen met zich mee, maar net zo goed enorme verrassingen. Iedereen kon van iedereen winnen, niemand was zeker van z'n plek.

Jaren gingen voorbij, de club professionaliseerde mede vanwege de promotie naar de hoogste klasse. En langzamerhand begon het hem meer in de details te zitten. Transfers sprongen af, de geldsommen voor spelers werden groter, en de beleving verwaterde. Niet heel fel, en tergend langzaam. Maar het veranderde. Tot je plots, zonder dat je het écht goed doorhad, terecht was gekomen in een heel andere competitie dan wat je er zelf van zou willen maken. Plots draaide alles om kijkcijfers, om geld, en om alles behalve het spelletje. Plots was je als supporter dag in dag uit bezig met de club. Niet omdat je plots meer clubliefde had, maar om in de gaten te houden hoe ze ons vanuit die ivoren toren weer eens bij de bok gedaan hadden.

En dan sta je daar. Te strijden met ongelijke wapens. Je staat aan de zijlijn van een schouwspel dat je eigenlijk niet meer wil zien. Je kijkt naar een spelletje dat allang niet meer het spelletje is waar je vele jaren eerder verliefd op was geworden. Je hoort en leest allerhande zaken die niets meer met voetbal te maken hebben, maar wel de reden zijn van de penibele situatie waarin we ons als kleine club nu in bevinden.

En straks wanneer je (laat ons hopen van niet), hoogstwaarschijnlijk zakt naar 1B, kom je terecht in een mormel van een competitie. Je komt terecht in een format waar je als deelnemende ploeg niet gelukkig van wordt, maar dat zodanig gecreëerd is zodat je het er niet lang volhoudt. Je komt terecht in een competitie waarin je twee opties hebt: ofwel speel je mee bovenaan, en tracht je zo snel mogelijk opnieuw te stijgen naar het hoogste level. Een level dat op het eerste zicht trouwens beter lijkt, maar met wat achtergrondinformatie al even corrupt is als 1B. Ofwel bengel je onderaan en wordt je persoonlijk ten grave gedragen door diezelfde mensen die dat mormel gecreëerd hebben en in jou geen meerwaarde meer zien. Had je te kiezen, dan was je alsnog verloren. En dan is het enige dat ik nog kan denken: "waar is de tijd...".

Seppe Meul.