We hebben met onze website niet de gewoonte om zomaar krantenartikels klakkeloos over te nemen, maar zaterdag werd er mij één bezorgd dat men als supporter van SK Beveren gelezen moet hebben. Eind vorige week maakten we hier al melding van het overlijden van Theo Bauwens met daarbij een bescheiden overzicht van wat Theo in zijn rijk gevuld verleden zoal voor het Beverse voetbal en ruimer gezien, de Beverse samenleving heeft betekend. Maar wie zou dit beter kunnen verwoorden dan Theo's klenzoon Thomas die overigens geregeld, afwisselend met ons lid Seppe Meul, fungeert als stadionomroeper. Het levensverhaal van Theo Bauwens is een perfect voorbeeld van welke schitterende mensen/clubiconen onze geliefde club vroeger rijk was, maar het is helaas een uitstervend ras geworden. Gelukkig zijn er nog kleinzonen zoals Thomas die de handel en wandel van Theo netjes heeft opgelijst zodat wij nu nog eens kunnen mee genieten van een prachtig mens en dito club. Dankjewel Thomas om het verhaal van Theo met ons te willen delen.
De Freethiel is een icoon verloren. Theo Bauwens (86) was twintig jaar verbonden aan SK Beveren en dat in de meest uiteenlopende functies, van conditietrainer tot stadionomroeper. Maar meest legendarisch is hij toch als verzorger van de gouden generatie met Jean-Marie Pfaff, van wie hij ook nog enkele jaren manager is geweest. "We troosten ons met de gedachte dat hij voor drie of vier geleefd heeft", vertelt kleinzoon Thomas.
Theo Bauwens overleed op 7 mei in zijn thuisgemeente De Klinge. Hij werd net geen 87 jaar. Afgelopen dinsdag vond de druk bijgewoonde uitvaartplechtigheid plaats. Het is echter in Beveren waar Theo Bauwens geschiedenis schreef. "Noem hem gerust een icoon van de Freethiel", klinkt het bij voetbalclub SK Beveren. "Vanaf de jaren zestig nam hij bij geel-blauw talrijke functies op zich, hij was een echt 'manusje-van-alles'. Zo was hij als soigneur en conditietrainer getuige van de opmars van de club en zag hij de gouden generatie vanop de eerste rij schitteren."
Turnleerkracht
Theo Bauwens had er al een opmerkelijk parcours op zitten vooraleer hij bij voetbalclub SK Beveren terechtkwam.
Afgestudeerd als onderwijzer belandt hij in Beveren waar hij als interim aan de slag gaat bij de verschillende scholen. Bij één ervan is er net een plint en bok geleverd en moet hij meteen een turnfeest organiseren. Theo heeft zijn roeping gevonden: turnleerkracht. In Antwerpen volgt hij twee jaar een cursus lichamelijke opvoeding en maakt hij kennis met een nieuw programma met Zweedse turnoefeningen.
Intussen heeft hij eindelijk een vaste betrekking gekregen als leerkracht bij de Sint-Lodewijkschool in Beveren. Daar richt hij meteen een turngroep op die het in 1965 schopt tot kampioen van Oost-Vlaanderen. Het is ook onder zijn impuls dat er een atletiekploeg wordt opgericht, het latere Volharding. Militairen uit de kazerne Westakkers komen mee de handen uit de mouwen steken om een piste aan te leggen van 266 meter, vandaag in de volksmond nog altijd gekend als het oud atletiekterrein.
Theo blijft zich bijscholen. In Berchem volgt hij een cursus om massage te geven aan sporters. Het rolt zo binnen bij SK Beveren waar hij in 1969 als de allereerste 'physical coach' aan de slag gaat. Het zal dat blijven tot 1988 en de hele glorieperiode meemaken. Volgens de club heeft hij meer dan een steentje bijgedragen aan het succes. "Het elftal van Beveren stond bekend om de minimale blessurelast, ondanks de vaak gevorderde ouderdom van de spelers in die tijd. Dat was voor een groot stuk ook de verdienste van Theo."
Stadionomroeper
Kleinzoon Thomas Suy (34) kan dat ook getuigen. "Zelfs op oudere leeftijd was hij het niet verleerd. Met een paar knepen in je been, was een kramp meteen verdwenen. Ik koester echter vooral de herinnering aan de vier jaar dat hij mij als jonge knaap vier keer per week naar Club Brugge bracht om te gaan trainen. Ik was er ook altijd bij in de Freethiel om te supporteren. Ook toen hij één jaartje de stadionomroeper moest vervangen. Hij zocht daarna weer nieuwe uitdagingen, maar ik was helemaal verkocht en ben uiteindelijk zelf stadionomroeper geworden." Niet alleen de begeestering voor de sport gaf Theo door. Zowel zijn twee dochters, zijn zoon als twee kleinzonen Stef en Thomas volgden zijn voetsporen in het onderwijs. En in zijn periode op de Freethiel was de leerkracht in Theo nooit ver weg. Voor de spelers was hij veel meer dan alleen een soigneur of trainer. Tijdens de Ivoriaanse periode van SK Beveren haalde Theo zowaar de nationale televisie toen hij begin jaren 2000 de Afrikaanse balvirtuozen een woordje Nederlands probeerde aan te leren. Iets waarop in een aflevering van Belga Sport nadien nog eens werd teruggeblikt. "De grappige beelden zijn de wereld rondgegaan maar Theo droeg met zijn taallessen wel bij aan de integratie van deze baltovenaars en daar hebben ze ook in hun latere carrière de vruchten van geplukt", klinkt het bij de club. Dat is ook het geval voor Jean-Marie Pfaff, de legendarische doelman van SK Beveren. "Hij was de trainer waar ik echt op kon rekenen om keihard terug te keren na mijn onterechte schorsing", blikt hij terug. Jean-Marie zou Theo later vragen als manager, een taak die hij enkele jaren ter harte nam en waar hij nadien het boek 'De Derde Dimensie' over schreef. Voor het Jean-Marie Pfaff-museum werd enkele maanden geleden nog een interview afgenomen van Theo dat gebruikt zal worden voor een documentaire en het levensverhaal van Jean-Marie Pfaff.
Twee massaspelen
Bij SK Beveren nam Theo nog verschillende andere taken op zich. Hij was de drijvende kracht achter vele evenementen en titelfeesten. Hij lag ook aan de wieg van de supportersfederatie en werd er secretaris van. Niet alleen in de Freethiel hield Theo Van een feestje. Met de turngroep roofde hij destijds de schandpaal uit de tuin van notaris Van Raemdonck, een reclamestunt voor hun feest. Uiteindelijk zou de schandpaal ook definitief terugkeren naar de Beverse Grote Markt. Hieruit ontstond de Orde van de Pilorijn. Deze cultuurorganisatie bracht duizenden bezoekers op de been met twee grote massaspelen in het domein Cortewalle. "De teksten werden volledig door mijn grootvader geschreven", blikt kleinzoon Thomas terug. "Iets waar hij eigenlijk nog het meest trots op was van alles wat hij in zijn leven verwezenlijkt heeft. We zullen ongetwijfeld nog heel wat andere zaken terugvinden als we zijn archief gaan opruimen. Rode draad is dat hij nooit half werk afleverde. We hadden hem liever nog wat langer bij ons gehad maar troosten ons met de gedachte dat hij eigenlijk voor drie of vier geleefd heeft."